The World Around Us

Settling in… tenminste dat probeer ik te doen!

Country: India by Lisette

12-05-2006

Mijn slaapkamer wat meer aangekleed.

Sinds vorige week is er weinig veranderd, behalve mijn slaapkamer en dat is ook nog niet af.

Zaterdag zijn Caroline en ik op pad gegaan om meubels en handige spulletjes te kopen. Ik had natuurlijk geen camera bij me om jullie nou zo’n meubelstraat te laten zien, maar je moet het je ongeveer zo voorstellen: een winkelstraat vol met alleen meubels, de winkels bestaan uit vrij grote betonnen ruimtes tot zaakjes die een paar meter hebben. Uiteraard staat het meeste buiten in de showroom, soms wordt met enige gratie schaduw gevonden onder een boom. Veel winkeltjes hebben zodoende meubels dat wij alleen in de tuin zouden parkeren (maar wat hier de meeste mensen dus in huis hebben en wij ook). Verder zie je veel stalen kledingrekken (velen hebben hun klerenkast trouwens in een stalen uitvoering a la archiefidee), enige houten stoelen, rotan stoelen en voor de rijken zijn er dure uitvoeringen van prachtig bewerkt hout met pluche bekleding in de meeste prachtige roze, rode en groene kleuren.

Thuis gekomen ben ik dus alleen een stalen kledingrek verder en ga ik een andere keer nog eens op zoek naar een rotanstoel. Helaas waren de meeste erg groot waardoor ik niet lekker zat, bovendien was er zaterdag ook niet veel keuze.

Caroline practicing tabla, traditional music.

Even denken, wat hebben we nog meer gedaan: veel straatzaakjes bekeken zodat ik een beetje een idee heb. Het hoognodige ingekocht als zeep, waspoeder, toiletrollen, ventilator, stof voor een salwar kameez te maken (volgende week onderga ik de grote transitie om mij minder westers te kleden), zakdoekjes om je gezicht mee droog te deppen. Tenslotte gaan we naar een winkel a la V&D die toepasselijk Big Bazaar heet en ik kom buiten met enorme plastic zakken: opbergdozen, beddengoed (men lacht me hier nog net niet uit dat ik effen onderlakens wil), kokosnootmelk, Good Knight (houd de muggen van je af) en wat extra keukenspullejes.

Het beleid van Big Bazaar is streng, als je naar binnen gaat moet je je tas laten controleren (grote tassen moeten buiten blijven). Nadat je afgerekend hebt komt er een stempel op de rekening dat je betaald hebt terwijl iemand ondertussen je spullen in plastic tassen stopt en deze dichtniet. Bij het naar buiten gaan (twee stappen verder dan de kassa) wordt opnieuw je tas gecontroleerd, zo ook dat de plastic tassen dicht zijn en je krijgt opnieuw een stempel op je rekening dat je ge-exit bent! Bureaucratisch? Welnee! Werkverschaffing? Jazeker!

Deze week (of ooit) komen de grotere meubels, CYSD schaft deze aan. Dit betreft een bed met enkele latten aan de zijkant zodat ik mijn muskietennet kan gebruiken, een matras (ik heb instructies gegeven een dikke uit te zoeken, het was een heel gedoe om dat duidelijk te maken), een bureau dat waarschijnlijk gelijk staat aan een kleine houten tafel en een stoel. Nou moet je niet aan een bureaustoel denken, maar hopelijk iets beter dan het plastic tuinstoeltje waar ik op het werk op zit. Je krijgt na enkele uren echt wel een zitkont hierin!

Van zondag t/m dinsdag hebben we iedere avond een mini-storm gehad. Tenminste voor Nederlandse meiden is dit een mini-storm, het waait behoorlijk hard en de regen valt met bakken uit de hemel, binnen 2 seconden ben je doornat. Gelukkig hebben wij het steeds gered om op tijd thuis te zijn. Ze zijn namelijk zo vriendelijk daarboven om je even de tijd te geven door het eerst heel donker te laten worden en hard te laten waaien voor een paar minuten. Het lijkt verdacht veel op een zandstorm, want zand en stof is hier overal! De ministorm heeft een “powercut” tot gevolg, wég is je electriciteit! Mijn zaklamp neemt dus een centrale plaats in tegenwoordig en heeft een vast plekkie gekregen aan het hoofdeinde van mijn bed.

Op het werk is er een wespenplaag gaande, precies langs alle ramen bij het trappengat stikt het hier van de wespen. Niet handig als je dus ergens heen wilt.. ik heb ook geen idee of er wel iets aan gedaan wordt behalve het feit dat vandaag iemand bezig was de ramen te wassen. Ik ben in ieder geval blij dat ik niet in zijn schoenen sta.

Ik ben verder eens bezig met mijn kennis van projectmanagement up te daten. Dat wat ik op de opleiding heb gehad is ondertussen verloren gegaan en eerlijk gezegd vond ik toen al dat het niet bijzonder goede structuur had. Gelukkig heb ik de laatste jaren genoeg gezien van de projectmethoden die bij mijn vorige werkgever gebruikt wordt. Nu heeft men hier nauwelijks van projectmanagement gehoord, dus het wordt al een behoorlijke uitdaging om mijn collega’s ervan te overtuigen om mijn baan de komende twee jaar op deze manier aan te vliegen.

Het voordeel is echter dat er structuur wordt aangebracht op alle niveaus. Want er zal gedefinieerd moeten worden wie deel uit maakt van dit project en wat de rollen en verantwoordelijkheden zijn. Welke eindresultaten worden afgesproken met welke kwaliteitseisen. Een ander voordeel is dat wanneer je zo een globaal plan voor de komende tijd hebt opgesteld, je hierna gedetaileerde faseplannen kunt maken. Dit is handig, want in ieder fase worden andere mensen betrokken (om het nog wat ingewikkelder te maken), zal er waarschijnlijk een ander budget en tijdslijn afgesproken worden en vooral compleet andere resultaten. Maar dit betekent wel dat ik eerst eens het idee projectmanagement moet uitleggen en men ervan moet overtuigen dat het ook het beste is.

Dit wordt mijn eerste uitdaging, want ‘de baas’ is gewend zijn eigen gang te gaan (het is immers zijn organisatie dus het boeit niet zo veel wat anderen ervan vinden) en is geen makkelijk mens om te overtuigen (wat door Caroline wordt onderstreept). Daarnaast is mijn tegenhanger Sarada (de IT-er waarmee ik samenwerk) van het type dat ‘ja ja’ zegt terwijl je weet dat hij er niets van begrijpt of het er niet mee eens is of het hem doodgewoon niet interesseert en verder zijn eigen gang gaat. Wat zijn gang is, is echter nog niet boven tafel te krijgen.. het komt er voornamelijk op neer dat hij nogal weinig uitvoert. Aangezien het de bedoeling is dat ik niet zelf alles ga zitten doen, maar ik de VSO-slogan “sharing skills” uitvoer is het toch wel relevant dat hij íets doet. Ik ben in ieder geval al een beetje productief geworden door een handout te schrijven over wat projectmanagement inhoudt.

Verder ga ik zelf maar af en toe met wat mensen kletsen, al hoort de HR-man dit te regelen voor mij. Helaas zijn een aantal sleutelmensen momenteel alleen maar in vergaderingen of ergens ‘in het veld’. Wel heb ik een leuk gesprek gehad met de bibliothecaresse die enthousiast is over mijn komst en graag mijn hulp wil bij het digitaliseren van de ‘resource centre’. Zelf zie ik ook nog wel wat andere puntjes waar we misschien iets mee kunnen: ruimtebeleid (tekort aan ruimte dus wellicht anders inrichten en andere stellingen gebruiken, bewegwijzering), evt. de catalogus met wat modules uitbreiden, meer pro-actief werken t.ov. het onderzoeksteam. Er is net behoefte-analyse uitgevoerd, ik ben benieuwd naar de uitkomsten hiervan en wat we daarmee kunnen. Dit is mooi, want dan kunnen we die stap al overslaan. De eindverantwoordelijke voor het resource centre is iemand die heel enthousiast is en veel werk verricht. Hiernaast is hij ook verantwoordelijk voor communicatie en fondsenwerving.

Een ander leuk gesprek was met de ‘gender-lady’, ze heeft de voorgaande jaren in de dorpen gewerkt en heeft heel wat ervaring opgedaan aldaar wat ze goed kan gebruiken in haar genderonderzoek. Ook doet iemand onderzoek naar de impact van de World Trade Organisation (WTO) op de lokale gemeenschappen in Orissa. Dit gaat specifiek over landbouw en textiel. Een voorbeeld: WTO wil dat men genetische gewassen produceert (resitent tegen plagen e.d.) en zodoende promoot de Indiase regering dit. Onderzoek op grassrootlevel in Orissa wijst uit dat de lokale boer zijn gewassen voornamelijk produceert voor eigen gebruik, ongeveer 20% genereert enige surplus. Stel dat het de genetisch gemanipuleerde gewassen in gebruik zouden worden genomen, dan zou dit funest zijn voor de boer in Orissa omdat de variëteit wegvalt en alleen de grootste boer (landheer dus, want ja, ze bestaan nog) met de meeste surplus kan de beste prijs vragen voor zijn producten. Op basis van dit onderzoek probeert CYSD, samen met andere NGO’s, de regering ervan te overtuigen dit beleid niet door te voeren, een lang en frustrerend pad.

Meer informatie over CYSD (ik kom op dreef): de grootste donoren zijn NOVIB en Plan International (wat in Nederland het voormalig Foster Parents is). Ieder financieren een behoorlijk aantal dorpsprojecten waarin het kind centraal staat. In Orissa wordt in samenwerking met CYSD zo’n 60 dorpen door Plan gefinancierd wat betekent dat CYSD hun principes volgt. Deze 60 dorpen zijn verspreid over drie districten: Koraput, Sundargarh en Karanjia. Vanuit CYSD werken hier zo’n 40 mensen, samen met de dorpsleiders en mensen die een sleutelpositie innemen in de dorpen probeert men het nodige te bereiken in de afgelopen 10 jaar.

Iedereen kan dus een kindje ‘adopteren’ wat betekent dat het gezin meedoet aan het project. In eerste instantie denk je dan natuurlijk aan een lokaal schooltje dat gebouwd wordt, voorzien wordt van wat materiaal en een leraar die getraind wordt. Maar het houdt ook in dat er een hospitaaltje komt zodat de kinderen ingeent worden en behandeld kunnen worden. Er worden waterputten gebouwd in het dorp zodat de vrouwen niet meer 4 kilometer hoeven te lopen naar een stroompje verderop waarvan het water nog niet eens goed is. Er wordt ook aan ‘livelihood’ gewerkt, dit betekent vooral het nut van hygiene duidelijk maken, zorgen dat mensen het nut zien van een raam in hun hutje voor verse lucht want vaak houd met de beestenboel in hetzelfde hutje.

In verschillende gebieden worden hutten traditioneel niet voorzien van een raam want men gelooft dat ’s nachts de geesten hierdoor naar binnen kunnen en de kinderen kunnen wegnemen. Verder is er landbouwontwikkeling en mensen duidelijk maken dat ze wel degelijk rechten hebben en zelfs voor hun rechten op mogen komen d.m.v. gemeentepolitiek. Men is zo gewend dat de regering hun verteld wat wel en niet kan, dat ze niet kunnen geloven dat lokale politiek veroorloofd is. Het is daarom ook moeilijk om mensen ervan te overtuigen dat ze iets kunnen bereiken door hun stem uit te brengen.

Wat het sociale leven betreft: dinsdagavond hadden we een etentje wegens het afscheid van een collega. Het was gezellig. En op donderdag hadden we een “baby-dinner”. Een collega van een VSO’er heeft op 21 april een baby gekregen en dit betekent een groot feest om de baby te showen. Het werd gehouden bij een tempel en er was heel wat eten bereid. De baby wordt de meeste uren vastgehouden door oma (moeder van de moeder), die trots de baby showt. Papa loopt rond om met iedereen te kletsen en mama zien we bijna niet. Het is een mooi kindje, met veel zwart haar!

Zaterdag ga ik naar een CYSD project, een dorp dat probeert meer uit het leven te halen door het gebruiken van zelfhulpgroepen. CYSD heeft meerdere projecten zoals deze. Jammer genoeg is het nu te heet om andere projecten te bezoeken maar na de zomer zal ik dit zeker doen. In de avond gaan we een nightclub met ons bezoek vereren (die sluit om 23.00u, hihi). Vervelen doe ik me dus niet, geen tijd voor!